ARTIKEL 21 bijlage


Terug naar geopende artikel

Opmerkingen

  1. Opmerking 1: Artikel 21B1a.
  2. Nadere voorbeelden voor een correcte toepassing van Art.21. Wekowijzer 133
    1. Artikel 21A.
      De WL zal moeten achterhalen wat er precies is gezegd (of met schermen eventueel opgeschreven) en of de uitleg juist en volledig was. Er is een zorgplicht voor beide partijen. De uitleggende partij moet zijn best doen duidelijk te zijn en erop letten of de tegenstander zijn uitleg goed begrijpt. De vragende partij moet zo nodig doorvragen als er zaken onduidelijk blijven. De logica van de een is immers vaak de onlogica van de ander.

    2. Artikel 21B
      Uitgangs punt is dat de WL heeft vastgesteld dat er onjuiste uitleg is geweest en een speler zijn bieding wil wijzgingen. De WL heeft nu twee zaken te behandelen:
      1. Staan de spelregels in de gegeven situatie een wijziging van bieding toe?
      2. Is er wel een relatie tussen de onjuiste uitleg en de wens een bieding te wijzigen?

      1. Voorbeeld 1
        West Noord Oost Zuid
        1 Pas 1* Pas
        1SA Pas Pas Pas

        * toont schoppen, niet gealerteerd
        In de uitlegperiode meldt Oost dat 1 gealerteerd had moeten worden.
        Mogelijkheden:
        1. Noord roept de WL en wil zijn pas na 1SA wijzigen.Dit is niet toegestaan Zuid heeft al een beiding gedaan.
        2. Zuid roept de WL en wil zijn pas na de 1 bieding van Oost, wijzigen.Niet toegestaan want Noord heeft al een bieding gedaan.
        3. Zuid roept de WL en wil zijn laatste pas na 1SA wijzigen. Zuid mag eventueel wijzigen, vooropgesteld dat juist de laatste pas beinvloed is door de onjuiste uitleg. Dat zou best kunnen maar is bepaald niet vanzelfsprekend. Als Zuid zijn bieding wijzigt, gaat het bieden verder zonder verdere rechtzetting en alle spelers mogen vervolgens ook weer bieden. Uiteraard mag West geen gebruik maken van de informatie dat 1 nu schoppens toont (artikel 16A1a). West mag dus nu niet 2 bieden op een driekaartje.

      2. Voorbeeld 2
        West Noord Oost Zuid
        1SA Pas Pas Pas

        * 12-14 punten en niet gealerteerd
        In de uitlegperiode meldt West dat 1SA gealerteerd had moeten worden.
        1. Noord roept de WL en wil zijn pas wijzigen.Dit is niet toegestaan Zuid heeft al een beiding gedaan.
        2. Zuid roept de WL en wil zijn pas wijzigen. Zuid mag eventueel wijzigen. De vraag is wel of het verschil tussen 12-14 en 15-17 punten relevant is voor de keuze of je als zuid nog wilt bieden. Dat zal bij een doublet dat punten aangeeft anders zijn dan een bieding die op een kleur of kleuren duidt. Als zuid een gebalanceerde hand met 14 punten heeft, zal hij na een 12-14 1SA misschien wel willen doubleren en na een 15-17 1SA niet. Ook kan de verdediging die NZ tegen 1SA -openingen spelen een beslissende rol spelen. Als NZ geen conventies spelen tegen een 12-14 1SA maar wel tegen een 15-17 1SA, kan het zijn dat zuid voor zijn hand geen bodheeft na een 15-17 1SA maar wel na een 12-14 1SA.

      3. Voorbeeld 3
        West Noord Oost Zuid
        1 Pas 3* Pas
        4 Pas Pas Doublet
        Pas Pas Pas  

        * gealerteerd en uitgelegd als 7-9 punten met schoppensteun, zegt niets over de ruiten.
        In de uitlegperiode meldt Oost dat 3 niet 7-9 punten toont maar 10-11 punten. Zuid roept de WL en wil zijn doublet wijzigen. Zuid mag het doublet niet wijzigen, Noord heeft daarna immers nog gepast.

      4. Voorbeeld 4
        West Noord Oost Zuid
        1 Pas 3* Pas

        * gealerteerd nadat Zuid gepast heeft. Nu vraagt Zuid om uitleg. Uitgelegd als 7-9 punten met schoppensteun, zegt niets over de ruiten.
        Zuid roept de WL en wil zijn pas wijzigen. Zuid mag zijn pas wijzigen.

      5. Voorbeeld 5
        West Noord Oost Zuid
        1 Pas 3* Pas
        3 ?    

        * gealerteerd. Zuid vraagt geen uitleg.
        Noord vraagt wat 3 betekent en nu legt West uit dat het 7-9 punten met schoppensteun belooft, zegt niets over de ruiten.
        Zuid mag zijn pas wijzigen. Weliswaar heeft West al geboden maar dat is niet het criterium; het gaat er alleen om of partner al heeft geboden.

      Wat kunnen we uit deze voorbeelden nu concluderen?
      1. Een speler mag uitsluitend zijn laatste bieding wijzigen, nooit een bieding uit een eerdere biedronde.
      2. De te wijzigen bieding kan alleen een pas zijn als de uitleg na de afsluitende pas is gecorrigeerd, immers na een andere bieding is partner altijd nog aan de beurt geweest.


      Over de relatie tussen de onjuiste uitleg en de te wijzigen bieding het volgende. De formulering van artikel 21 is 'redelijkerwijs beinvloed' . De WL mag een speler een wijziging dus alleen onthouden als er duidelijk geen relatie is tussen het verschil in betekenis van de juiste en onjuiste uitleg en de aanvankelijk gedane bieding. Meestal zal de betreffende speler dan ook niet vragen om zijn bieding te mogen wijzigen.
      Als Zuid in voorbeeld 4 na 3 gepast heeft met iets als x, HVBxxx, Axxx, xx en nu alsnog 3 wil bieden, kan het best zijn dat Zuid na een mancheforcing 3-bod geen heil zag in 3 maar na de juiste betekenis wel wil bieden.

  3. De verdere gang van zaken.
  4. Er zijn in hoofdzaak drie situaties:
    1. Er is een wijziging van bieding geweest en het bieden gaat verder.
    2. Er was geen wijziging van bieding meer mogelijk.
    3. Er was wel een wijziging van bieding mogelijk maar daar is geen gebruik van gemaakt.

    1. Ad 1
      Nu komen we in artikel 21B2. Als een speler zijn bieding wijzigt, mag de LT een eventueel algedane bieding wijzigen zonder verdere rechtzetting.
      Kijken we naar voorbeeld 5. Als Zuid zijn pas wijzigt in 3, mag west zijn 3 ook wijzigen. De WL kent na afloop van het spel een arbitrale score toe als hij van oordeel is dat de niet overtredende partij is benadeeld door de informatie uit de door west ingetrokken 3.
    2. Ad 2
      Hiervoor is er artikel 21B3. Als de overtredende partij voordeel gehaald kan hebben uit de onjuiste uitleg, kent de WL een arbitrale score toe. In voorbeeld 1 is het goed denkbaar dat zuid met de juiste informatie meteen na het 1- bod wat zou hebben willen bieden.
      Stel het spel lag als volgt.
      Spelverdeling
      Deler : Noord 10764  
      Kwestb. :allen V982  
      Soort B98  
      Nivo A2  
        A3   N B852
        543   W B10
        AV65   O H742
        H943   Z VB10
        HV9  
        AH76  
        103  
        8765  

      1SA gaat na hartenstart en schoppenswitch waarschijnlijk een down maar NZ maken gemakkelijk 2. Na een doublet op 1 zullen NZ dat contract ook wel bereiken. Als NZ met een doublet zo'n Zuidhand kunnen tonen, zal de WL een arbitrale score van 2 contract geven.

    3. Ad 3
      Zoals het vorige voorbeeld al illustreert, betekent het feit dat iemand geen gebruik maakt van het recht zijn laatste bieding te wijzigen nog niet dat de kous daarmee af is. In voorbeeld 1 mag zuid alleen zijn laatste pas wijzigen maar wat zou hij nu moeten bieden? Een heropeningsdoublet is mogelijk maar wel riskant. Het risico van een doublet op 1 in de eerste biedronde is veel geringer. De WL zal dus nog steeds moeten beoordelen of de onjuiste uitleg aanleiding moet zijn voor een arbitrale score.

.